donderdag 24 februari 2011

Cars are cars


Cars are cars, all over the world
Cars are cars, all over the world
Similarly made, similarly sold
In a motorcade, abandoned when they're old

But people are strangers, they change with the curve
From time zone to time zone, as we can observe
They shut down their borders - and think they're immune
They stand on their differences and shoot at the moon
 
RVK
Mijn eerste schoolweek loopt ten einde, en ik zal jullie even updaten over hoe het er aan toegaat op de Borgarholtskóli. Mijn uurrooster is niet heel erg gevuld, ik heb maar 5 verschillende vakken (Engels, Animatiefilm, Frans, Drama en Sport) en bij elk vak zit ik dus bij andere mensen. Dat vind ik niet ideaal, want zo wordt vriendjes maken ietsje moeilijker (maar je ontmoet wel meer verschillende mensen).

Hotdog-kraam waar Bill Clinton ook eens is geweest
Er wordt gezegd dat er op mijn school veel skinka's (letterlijk betekent 'skinka' ham (hesp?), zoals wat je op je pizza kan leggen) zitten. Dit zijn schminkpoppen met blond haar, met make-uppotlood getekende bruine of zwarte wenkbrauwen en een namaak-gebruinde huid. Ook dragen veel jongens (en meisjes ook wel) trainingsbroeken en doen ze hun haar met gel helemaal naar achter. 

Ik met mamma Valborg
Bij animatiefilm zit ik een beetje wortel te schieten (omdat ik gewoon echt niet weet wat ik moet doen, en nu zit ik voor het volgende project met een hele stomme, bah! Hopelijk wordt het nog beter..) en bij Frans ook. Sport heb ik nog niet gehad, dat is denk ik eerder een fitness waar je x aantal minuten moet spenderen (ik snap het nog niet helemaal). Engels is heel interessant, en de leerkracht is ook echt goed (dat hangt natuurlijk onlosmakelijk samen). Drama vind ik ook leuk, daar leer ik het meeste IJslands en er zitten rare maar sympathieke figuren. Ik kan nog niet zeggen of ik het een toffe school vind of niet, dat is nog even afwachten...

Rot haaienvlees, een IJslandse delicatesse
Ik heb ondertussen ook de meeste AFS'ers (die in Reykjavík en omgeving wonen toch) ontmoet. We zijn al naar de bioscoop en het zwembad geweest, sushi & ijs & taart & hotdogs gegeten, 'downtown' wat rondgekuierd... Het is natuurlijk heel fijn dat ik op hen kan terugvallen (en het zijn ook wel toffe mensen), maar hopelijk kan ik binnenkort toch ook met locals zulks soort fijn tijdverdrijf beleven.


Eén van de talrijke koffiehuisjes in Reykjavík
Ook mijn gastfamilie zorgt voor genoeg 'activiteiten': puzzelen met mijn broers, naar de supermarkt gaan, naar de mis op zondag (jawel!), naar een concert of gewoon een beetje thuis zijn.

Hilmir met Skyr-mond


That's all folks!

Bæ,
Kaatje

dinsdag 15 februari 2011

Veist þú hvað þetta er?

Hæ! (ik denk dat je op de foto's kan klikken om ze te vergroten)

Ik ben goed en wel aangekomen in de meest noordelijk gelegen hoofdstad ter wereld, en tot nu toe heb ik het er al behoorlijk fijn gehad.

The most amazing thing about Iceland is not the Blue Lagoon, the hot springs, or the 130 volcanoes.  It's the fact that every year, 10 Icelandic rock bands set out to conquer the world.



De vlucht was enorm aangenaam, Icelandair is echt wel deftig: iedereen een eigen schermpje waar je zelf een film kan kiezen, of een serie kan bekijken, of een muziekje beluisteren, info over de vlucht kan raadplegen of over IJsland lezen. Er worden dekentjes en kussens uitgedeeld, bedrukt met slaapliedjes en zinnetjes als: ' 'Góða nótt' means good night in Icelandic. It has a soft and cuddly sound.' Ook deden veel mensen (vooral de IJslanders denk ik dan) hun schoenen uit (wat hier echt overal de gewoonte is).


De luchthaven in Keflavik is wel behoorlijk klein, en nogal verlaten. (Nog iets vreemds: niemand heeft naar mijn paspoort gekeken.) In de aankomsthal speurde ik naar AFS-mensen of mijn gastfamilie, maar ik zag niemand! Na een kwartiertje wortelschieten kwamen er toch twee jonge mensen binnen waarvan ik gewoon het gevoel had dat ze van AFS waren (het knalgele papier met AFS op hielp ook wel). Ze waren te laat, omdat ze dachten dat ik vanuit Kopenhagen naar IJsland was gevlogen, ik kwam echter van A'dam ;-)

Aron, Fjóla (de vrijwilligers), mijn zware valiezen en ikzelf reden dan naar het AFS bureau in downtown Reykjavík. De weg van de luchthaven naar Rvk is misschien niet de mooiste, maar toch keek ik met grote ogen naar het landschap. Tijdens die autorit heeft het ook gesneeuwd, gehageld, geregend en was er ook een beetje zon. Aron zei dan ook: 'If you don't like the weather in Iceland, wait fifteen minutes.' De atmosfeer en het licht waren er ook heel bijzonder (vond ik toch, of misschien was ik gewoon een beetje drowsy van de vlucht...).

(T-shirts met opschriften als 'ik spreek geen IJslands' en 'Don't mess with Iceland: we may not have cash, but we've got ash') 

Het AFS bureau was wel netjes, en gezellig zelfs. Er was nog een ander meisje (haar naam kan ik niet schrijven, en ga ik niet proberen want het klonk een beetje als een vuil woord in het Nederlands. Nu heb ik natuurlijk iedereen nieuwsgierig gemaakt naar haar naam. Tja.) Ze waren alledrie naar de VS gegaan met AFS (Verenigde Staten = Bandaríkin (de letterlijke vertaling dus) ). Normaliter krijg je bij aankomst in enkele dagen tijd een oriëntatie (info over het land, de taal, regels, usw); ik kreeg dit in enkele uren. We bestelden pizza en luisterden naar Páll Óskar, een zeer homoseksuele, populaire IJslandse zanger. (niet mijn kopje thee, maar dat hou ik best stil hier!)


Er stond ook nog een serieuzer gesprek met Berglind, de behoorlijk strenge AFS-"bazin", op het programma. Ze gaf me vooral praktische informatie over mijn 'social security number' (kennitala), doktersbezoeken, schoolboeken, busabonnement, ... AFS á Íslandi betaalt bijna voor alles (als je nog een extra les wilt volgen op school, je busabonnement, schoolboeken, doktersbezoeken, ...) Zo vreemd is dat niet (want je betaalt natuurlijk wel om op AFS-jaar te gaan) maar in Tunesië leek dat toch anders... Ik moet oppassen Tunesië en IJsland niet te veel te vergelijken. Dat zou niet mooi zijn.

Daarna hebben de vrijwilligers me nog Reykjavík getoond (een kerk, een meer, wat overheidsgebouwen, ...) en dan terug naar het bureau (want mijn familie zou elk ogenblik arriveren!).

Fjóla en crazy lady die van een Valentijnsfeestje kwam
Hallgrímskirkja
De hoofdstraat van Reykjavík (geloof ik toch)

Fjóla en Aron waren vrijdag naar mijn familie gegaan om een gesprekje te hebben (zoals alle gastgezinnen). Ze zeiden dat het huis heel mooi was, en de kleine broertjes heel schattig.

Het blijft toch altijd raar, je gastgezin voor de eerste keer zien (ook al was het de tweede keer). Mamma Valborg gaf me wel meteen een knuffel, en pabbi Gnúpur en bróðir Dagur waren ook wel sympathiek. De twee anderen (Hilmir van 5 en Diljá van 15) waren iets onwenniger, maar dat is gewoon een kwestie van tijd (inchallah).

Dan reden we naar huis (de auto heeft deuren die automatisch open en dicht gaan, zeer hi-tech). Het is toch nog een eindje rijden van Rvk centrum:


Ik woon ('t is een gokje) in heet kaki gedeelte (Grafavogur ongeveer) of misschien het paarse. Dat is dan nog wel Reykjavík maar mensen die in Kópavogur wonen, zitten eigenlijk dichter bij het centrum.

We stopten eerst nog even in een supermarkt die 24/7 open is, en daarna naar huis (die winkel is vlakbij). Het huis is wel een beetje bijzonder (nu ja, alle huizen in de buurt zijn ongeveer hetzelfde), ik zal proberen het een beetje uit te leggen... De garage, keuken, woonkamer en eetkamer zijn op de bovenverdieping. De slaapkamers, tv-kamer en badkamer zijn zo'n beetje in de heuvel gebouwd (het raam op mijn kamer is ter hoogte van de grond). Het is zo'n beetje als terrasbouw, de straten hier. Ach ja, doet er niet zo veel toe!

Het huis is echt heel gezellig, en mooi. Er is een regendouche (of hoe heet zo iets?), vloerverwarming in de badkamer, overal parket, veel boeken, een piano, .... Mijn kamer zou je ook integraal in den Ikea kunnen vinden denk ik :) Het is mooi, al moet ik het nog wat personaliseren. En ik heb zelfs verlichting in mijn kleerkast!

Ik gaf de cadeautjes die ik meegebracht had uit België (chocolade en Jules de Strooper koekjes, Playmobil, een dvd, en een fotoboek). Dan heb ik de vragenlijst van AFS overlopen (een voorbeeldige AFS-student bespreekt bij aankomst enkele praktische zaken met het gastgezin, die aangegeven staan in je handboek. Ik weet niet hoeveel mensen dit daadwerkelijk doen, maar ik wilde (met deze tweede kans) nu echt alles zoals het hoort doen et voilà!). Daarna ben ik gaan slapen, want zo'n verhuis is toch wel vermoeiend!

De volgende dag werd ik 's ochtends begroet door vier blonde baby's met acht bijbehorende blauwe oogjes. Mamma Valborg is onthaalmoeder, en zorgt normaal gezien voor vijf IJslandse koters (maar er was eentje ziek). Ik ben dus niet de enige in huis die het IJslands nog niet onder de knie heeft! Ik had ontbijt (Special K met rozijnen, en melk met een Scandinavisch smaakje aan), en dan nam ik een douche (met de beruchte rotte eieren-geur van het warme water, maar dat viel nog wel mee).

Uitzicht vanuit de woonkamer
's Namiddags ging ik met pabbi Gnúpur naar de stad om mijn social security number aan te vragen (dat zou de volgende dag al klaar zijn!) en daarna naar school (niet in de stad) om vakken te kiezen. Er zijn in IJsland drie soorten secundair onderwijs: je hebt de Menntaskóli, waar je zoals bij ons in één klas zit voor de verschillende vakken OF de Fjölbrautaskóli, waar je hoofdzakelijk zelf je vakken kiest (en dus geen vaste klas hebt, zoals het Amerikaanse systeem) OF de beroepsschool, waar je kapper of electricien kan worden. Op deze scholen studeer je van je 16e tot 20ste.

Op school moesten we onze schoenen uittrekken (ook de directeur doet dit), wat wel een grappig gevoel geeft. De meneer (directeur ofzo) waarmee ik sprak was wel sympathiek. Dit zijn de vakken die ik heb gekozen: Engels, Frans, Duits, grafisch ontwerp en animatie, en drama. Nu moeten de leerkrachten beslissen of ze mij er nog bij willen of niet! Ik zal wel pas maandag met school beginnen omdat er deze week een 'theme week' is op school, en geen echte lessen en vrijdag is het pedagogische studiedag. 


Dan was het tijd om Hilmir van de kleuterschool te halen. Toen we thuiskwamen, begon hij toch tegen mij te praten: hij toonde me een voorwerp en vroeg dan: 'veist þú hvað þetta er?' (weet je wat dit is) waarop ik meestal 'Nei' antwoordde, en waarop hij dan het woord zegt. Handig hoor, zo'n leraar IJslands



Het avondeten had me wel wat kopzorgen bezorgd (wetende dat gekookt schapenhoofd, rotte haaienkop en gerookt rammenscrotum nationale gerechten zijn), maar we aten fajitas! Heerlijk, met guacamole, nacho-chips, kip, tomaten, paprika, komkommer, .... Meer van dat :)

Ik had die avond ook een les IJslands, met de andere AFS'ers (en andere buitenlanders). Natuurlijk hebben ze al wel een enorme voorsprong. Deze les ging over de persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden, wat wel een onpraktische eerste les is. Ik kreeg ook wel een bundeltje met de basics, en daar kon ik wel wat in bladeren. De studenten letten ook totaal niet op! Het gaat er niet echt efficiënt aan toe, maar dat ligt ook aan je eigen attitude natuurlijk.


Goh, in deze twee eerste IJslandse dagen is al meer gebeurd dan in de eerste maand Tunesië... Mijn blog schrijven gaat een tijdrovend werkje worden dus! Ik ga straks met de IJslandse les-groep naar de bioscoop (King's Speech), en morgen is er een familiefeestje voor de verjaardag van een nicht of neef.

Tot hoors!
Kaatje

donderdag 10 februari 2011

Exit Khadija

 Waar te beginnen?! Sinds 14 januari (mijn laatste blogbericht) is er zo ontzettend veel gebeurd. In de Arabische wereld, en in mijn hoogstpersoonlijke, kleine universum dan ook. Vreemd hoe alles kan omslagen, en welke gevolgen alles met zich meedraagt.

"Si le battement d'ailes d'un papillon quelque part au Cambodge
Déclenche, sur un autre continent, le plus violent des orages
Le choix de quelques-uns dans un bureau occidental
Bouleverse des millions de destins, surtout si le bureau est ovale

Il n'y a que l'ours blanc qui s'étonne que sa banquise fonde
Ça ne surprend plus personne, de notre côté du monde
Quand le financier s'enrhume, ce sont les ouvriers qui toussent
C'est très loin la couche d'ozone mais c'est d'ici qu'on la perce"
zingt Bénabar!  




Maar kijk, een revolutie, een democratie?, een noodsituatie, een evacuatie, een desintegratie, een acclimatisatie, een herintegratie, een invitatie, een acceptatie, een calculatie, .... later is dit het vooruitzicht: zondag vlieg ik naar IJsland waar ik bij een behoorlijk geweldige familie in Reykjavik zal verblijven tot eind juni (als alles goed gaat natuurlijk!).

Ik wil (voorlopig) aan de afloop van het hele duizend-en-een-nachtsprookje niet te veel woorden meer vuil maken, 't was nogal een rollercoaster waarvan ik zelf nog even moet bekomen...

Hier is al even mijn adres voor de briefschrijvers (of kaartjes of postpakketten natuurlijk):

Grænlandsleið 21
113 Reykjavík
Ísland

Mijn familie bestaat uit een mamma (Valborg Stefansdottir, onthaalmoeder) en pabbi (Gnúpur Halldorsson, werkt bij luchtvaartmaatschappij Air Atlanta) en drie kinderen. Er zijn eigenlijk twee dochters (Júlía van 18 en Diljá van 15) maar de oudste zit met AFS in Wallonië. Dan zijn er nog twee zoontjes (Dagur van 8 en Hilmir van 5).
Deze laatsten heten met hun achternaam Gnúpsson, want ze zijn de zonen van Gnúpur. De dochters zijn van een andere man, en heten met hun achternaam Kristjansdóttir.

Een beetje wikipediaanse uitleg over IJslandse namen:


De meeste IJslandse namen zijn patroniemen. In het IJslandse systeem zijn er geen echte familienamen of (post-Napoleonistische) achternamen. Iemands patroniem is de voornaam van diens vader (soms diens moeder), verbogen in de genitief en gevolgd door son (zoon) of dóttir (dochter).

Bijvoorbeeld: als een man die Jón Stefánsson heet een zoon Fjalar heeft, dan is de achternaam van Fjalar niet Stefánsson, net als zijn vader, maar Jónsson — wat letterlijk "Jónszoon" (in Nederlands: Janszoon/Janssen) betekent. Hetzelfde geldt voor vrouwen: een dochter van Jón, bijvoorbeeld Kata, zal Jónsdóttir als achternaam krijgen, "Jónsdochter".
 
Als gevolg van deze methode van naamgeven is het mogelijk dat in een gezin van vier personen ook vier verschillende achternamen voorkomen. Bijvoorbeeld: de ouders Jón (Stefánsson) en Bryndís (Atladóttir), en hun kinderen Fjalar Jónsson en Kata Jónsdóttir. 
Achternamen, zowel patroniemen als familienamen, zijn van secundaire betekenis. De achternaam kan niet los van de voornaam worden gebruikt; men kan niet spreken van meneer Gíslason of mevrouw Gunnarsdóttir. 
Om die reden spreken IJslanders elkaar aan bij de voornaam, ook indien het om hoger geplaatsten, gezagsdragers of ouderen gaat. Lijsten met namen, zoals het telefoonboek, zijn derhalve op voornaam gerangschikt. 

Een goed voorbeeld van dit gebruik is Björk. Björk wordt vaak ten onrechte gezien als een artiestennaam, zoals Sting. Maar Björk Guðmundsdóttir (haar volledige naam) wordt door iedere IJslander als Björk aangesproken, zowel formeel als vriendschappelijk.



Alle IJslanders spreken elkaar met þú (jij) aan. Een uitzondering wordt alleen gemaakt voor God en voor de president van IJsland. Hun aanspreektitel is þér (u).

Als de vader onbekend was, of indien de vader recent na de geboorte van het kind was komen te overlijden, dan werd de voornaam van de moeder voor het samenstellen van de achternaam van het kind gebruikt. Sinds enige tijd is dit ook mogelijk zonder dat deze gebeurtenissen hebben plaatsgevonden. Zowel de moeder alleen als beide ouders samen mogen dit beslissen. De resulterende achternaam heet een metroniem.

Toch komen familienamen wel voor in IJsland en deze zijn volwaardige achternamen. Tussen 1913 en 1925 bestond er een wettelijke mogelijkheid om een familienaam aan te nemen. Wie daar gebruik van maakte, mag zijn naam houden; hun afstammelingen erven hem. Het bekendste voorbeeld daarvan is voetballer Eiður Guðjohnsen. Hij erfde deze familienaam van zijn vader Arnór Guðjohnsen, een oud- voetballer. Alle IJslanders bezitten een patroniem, maar velen met een familienaam gebruiken die niet. Doet men dat wel, dan is de volgorde: voornaam, familienaam, patroniem. Bijvoorbeeld: Ragnheiður, de dochter van Magnús Blöndal, heet dus voluit Ragnheiður Blöndal (Magnúsdóttir).


Dat volstaat wel voor een eerste Scandinavisch blogbericht. Tot de volgende

xxx Kaatje (formerly known as Khadija)